36. Prediker 7: 19 - 22 Er is geen mens rechtvaardig op de aarde, die goeddoet en niet zondigt
19 De wijsheid maakt de wijze sterker
dan tien machthebbers die in de stad zijn.
20 Voorzeker, er is geen mens rechtvaardig op de aarde,
die goeddoet en niet zondigt.
21 Zet ook uw hart niet
op alle woorden die men spreekt,
opdat u niet hoort dat uw knecht u vervloekt.
22 Want uw hart heeft ook vele keren erkend
dat ook u anderen hebt vervloekt.
Dit gedeelte sluit aan bij de verzen 15 tot en met 18 waarin Prediker ons waarschuwde voor het extreme: 'wees niet al te rechtvaardig en wees niet al te goddeloos'. Ook in dit nieuwe gedeelte klinkt het advies door om niet al te fanatiek te zijn, hier met betrekking tot het precies willen controleren van de ander (vs 21).
Vs 19 Die aansluiting op het vorige gedeelte zien we ook al direct in dit vers. Want wie is de wijze? Dat is, als ik het goed zie, degene die het juiste evenwicht, zoals beschreven in de verzen 15-18, weet te bewaren, dat is degene 'die God vreest' (vs 18). Die wijze, die godvrezende persoon is door deze wijsheid sterker dan tien machthebbers die in de stad zijn, zegt Prediker, 'heeft meer macht dan tien stadsbestuurders', zegt de NBV. Het getal tien moet je natuurlijk niet al te letterlijk nemen; het betekent gewoon dat één werkelijk goed mens meer goed doet dan meerdere vooraanstaande personen met elkaar. Misschien is dit wel een eye-opener voor ons; vaak vinden wij een vooraanstaande positie, een zekere status of een leidinggevende functie toch wel belangrijk. Maar wijsheid, het vrezen van God, de balans kunnen vinden, dát is veel meer waard. Het is fantastisch als er zich onder tien bestuurders één zo'n wijze bevindt en je hoopt dat het er meer zijn.
Vs 20 Maar bestaat zo'n wijze wel? Dat lijkt de onuitgesproken vraag waarop vers 20 het antwoord geeft; zó volkomen wijs en rechtvaardig is er geen mens op de aarde. Dit is een van de plaatsen in de Bijbel waar het gewoon glashelder gezegd wordt: er is geen mens rechtvaardig op de aarde. Er is geen mens die goeddoet en niet zondigt, dat wil zeggen die uitsluitend goed doet zonder te zondigen. Dat volkomen goede en rechtvaardige vind je niet bij jezelf en niet bij anderen en uit die gedachte lijkt vers 21 weer te ontstaan:
Vs 21 Je moet niet alles willen horen wat men zegt, ook niet wat men over jou zegt, daar word je niet gelukkiger van. Je kunt zomaar vernemen dat je knecht je 'vervloekt', je verwenst, kwaad van je spreekt. Je kunt er niet eens ál te verbaasd over zijn of ál te boos over worden,
Vs 22 want je weet diep vanbinnen zelf ook wel dat je geen haar beter bent; dat je in je eigen hart anderen ook vaak verwenst hebt en wat een hekel je aan sommigen hebt gehad.
Het is misschien goed om te zeggen dat deze laatste verzen niet relativerend bedoeld zijn in de zin van 'maak je niet druk, een beetje zondigen geeft niet, niemand is immers perfect?' Dat zou niet eerlijk zijn, want uit alle voorgaande verzen is duidelijk dat voor Prediker rechtvaardigheid en wijsheid het hoogste ideaal zijn. Maar tegelijkertijd ziet hij in dat dit bij niemand gevonden wordt, ook bij zichzelf niet en daarom adviseert hij ons om de fout niet zozeer bij de ander te zoeken, maar vooral bij jezelf: want uw hart heeft ook vele keren erkend dat ook u anderen heb vervloekt. Hij spreekt hier uit eigen ervaring, hij kent zichzelf een beetje, en daarom kent hij ons ook een beetje.
Tenslotte, ik kan het niet laten, al staat het niet in deze verzen: er is toch één Mens op aarde geweest, die enkel goed deed, die volkomen rechtvaardig was, die in werkelijke wijsheid heeft geleefd. En wij hebben Hem gehoond, gespuugd, geslagen, gegeseld en aan een kruis geslagen omdat dat de ergste marteldood was die we op dat moment konden bedenken. Maar dat konden wij alleen doen omdat Hij Zichzelf daartoe vrijwillig overgaf, want Hij had ons op dat ogenblik allemaal kunnen vernietigen. Hij deed dat uit liefde om de vloek van onze zonde, onze onrechtvaardigheid, onze slechtheid op Zichzelf te laden, om ons te kunnen redden van de eeuwige toorn en het helse vuur. Wie voor Hem buigt en zijn zonde belijdt, wie Hem gaat volgen, die wordt met vallen en opstaan, beetje bij beetje een rechtvaardige, een wijze, die gaat lijken op de Mens zoals God hem bedoeld heeft. En op Gods tijd zal hij volmaakte rechtvaardigheid en wijsheid en het eeuwige leven ontvangen, alleen dankzij de Gekruisigde, Jezus Christus de Rechtvaardige.
Inderdaad, daarvoor moet je wel buigen, je moet op de knieën, je kunt onmogelijk overeind blijven staan, capituleren is de enige weg tot redding. Dat lijkt misschien verschrikkelijk, maar geloof me; het vervult je met het hoogste geluk, een geluk dat je hart niet eens aankan, zo geweldig. Buig voor Hem, voordat Hij komt op de wolken van de hemel en je op de knieën dwingt, want dan ben je te laat, sorry; ik moet het eerlijk zeggen; dan ben je echt te laat. Maar nú is Hij de meest genadige Koning voor ieder die Hem zoekt en die mét alle zonde en onrecht in zijn leven tot Hem vlucht en voor Hem knielt. Hij zal je met open armen ontvangen. Hij is goed, echt waar, zelfs jouw zonden wil Hij van je afwassen, je zult het zien. Iedereen die Hem een klein beetje kent, zal dit bevestigen, onderstrepen en zelfs zeggen, dat ik het veel te zwak heb uitgedrukt en ze zullen me willen verbeteren en aanvullen, niet om mij een hak te zetten, maar omdat ze graag willen zeggen hóe geweldig, liefdevol en goed deze Koning, Koning Jezus, is. Maar zo zouden we bezig blijven ...
Wij hebben U lief, Heere Jezus, omdat U ons eerst hebt liefgehad. Verzoen onze zware schuld, laat ons hoe langer hoe meer op U lijken, leer ons om onszelf hoe langer hoe meer aan u over te geven. Glorie aan U tot in eeuwigheid. Amen.
Reacties
Een reactie posten