51. Prediker 10: 16-20 Wee u, land, als uw koning een kind is.

O wee, als het land een onvolwassen feestneus als koning heeft.


Dat is de hoofdinhoud van de verzen 16-20 als je die verzen als een samenhangend geheel ziet. Dat doet de NBV en de BMU houdt die mogelijkheid serieus open. De HSV-studiebijbel en de KV gaan er niet vanuit en daardoor interpreteren zij vers 19 (maaltijden, wijn) in principe positief. Maar de logica in de aansluiting van vers 18 naar vers 19 is dan voor mijn gevoel helemaal weg. Dus de meest logische interpretatie is mijns inziens toch die van vers 16-20 als een samenhangend geheel:


16 Wee u, land, als uw koning een kind is, als uw vorsten 's morgens maaltijd houden.
17 Gelukkig bent u, land, als uw koning een zoon van edelen is en uw vorsten op de juiste tijd maaltijd houden, tot versterking en niet om zich te bedrinken.


18 Door grote luiheid zakt het gebinte ineen.
Door slapheid van handen gaat het huis lekken.
19 Men richt maaltijden aan om te lachen,
wijn verblijdt de levenden,
en het geld verantwoord alles.

20 Vervloek zelfs in uw gedachten een koning niet en vervloek een rijke niet in uw slaapkamer, want de vogels in de lucht zouden het geluid mee kunnen voeren: wat vleugels bezit, zou het woord bekend kunnen maken.

16 Het is een ramp voor het land als de koning een kind is, een puberaal, onvolwassen type dus. De tegenstelling die gemaakt wordt met zoon (niet: kind) van edelen in vers 17, maakt duidelijk dat we niet echt aan een heel jong kind moeten denken. Met het onvolwassen gedrag van de koning hangt samen dat de vorsten, de regeringsleiders, 's morgens al aan een feestmaal zitten in plaats van te werken.

17 Het omgekeerde is een zegen voor het land. In dit vers blijkt uit de woorden maaltijd ... tot versterking en niet om zich te bedrinken dat in vers 16 met maaltijd een soort braspartij bedoeld is geweest.

18 Met een regering in zoals in vers 16, die gekenmerkt wordt door grote luiheid, 'zakt het gebinte ineen', het land zakt, om zo te zeggen, als een kaartenhuis in elkaar. Of anders gezegd: door slapheid van handen gaat het huis lekken. Ook dit is beeldspraak: door wanbestuur, slapheid van handen, gaat er dingen fout in het land, gaat het huis lekken.

19 Aan het besturen van het land mag men dan niet toekomen, aan het organiseren van feesten des te meer: men richt maaltijden aan om te lachen, maaltijden waar de wijn rijkelijk vloeit om het leven (dat is een betere vertaling van hayyîm dan de levenden) vrolijk te maken. En het geld verantwoordt alles, daar klinkt een bittere ondertoon in door van leed, omdat er zoveel gebrek geleden wordt door de gewone man, terwijl de rijke eet en drinkt.

20 Maar ondanks dit alles: vervloek deze slechte koning of één van die rijke bestuurders zelfs niet in uw gedachten of fluisterend in uw slaapkamer. In hoofdstuk 8, zo wordt door uitleggers gedacht, gaar het om adviezen aan hovelingen, mensen in dienst van de koning, en zo zou het hier ook kunnen zijn. De vogels zouden het geluid mee kunnen nemen. Ik denk dat dit vergelijkbaar is met onze uitdrukking 'de muren hebben oren', met andere woorden: als je zo dicht in de omgeving van de koning werkt, pas dan op met wat je zegt, want voor je het weet bereiken je woorden de oren van degenen die het juist niet moeten horen. De woorden van Prediker roepen zo niet alleen het beeld op van een luie en nalatige, maar ook van een behoorlijk tirannieke koning.

Wee u, als uw CEO een kind is 😉 Image by Courtany from Pixabay 
Voor ons is het even omdenken: wij hebben geen koning die, zoals een oosters vorst, de absolute macht heeft. Je kunt aan dictators ver weg denken, in Noord-Korea bijvoorbeeld, waar Kim Jong-un veel te goed te eten heeft, terwijl zijn volk verhongert. Maar je kunt ook een vertaling maken naar situaties dichterbij; stel je een topbestuurder van een grote organisatie voor die jarenlang dure reisjes maakte, dure maaltijden hield met vriendjes die op hetzelfde level functioneerden en uiteindelijk blijkt dat de hele organisatie financieel op instorten staat. Velen op de werkvloer worden gedwongen ontslagen en staan zonder baan op straat. En hij vertrekt met een 'gouden handdruk'. Zou Prediker zich over zulke topbestuurders, CEO's etc. niet op dezelfde manier uitgelaten hebben?

En ikzelf? Als ik zo'n positie had, zou ik dan vooral goed voor mezelf en mijn eigen pleziertjes zorgen? Dan ben ik tenslotte wel de baas, en ik ben het niet voor niks geworden, ik heb er ook hard voor geknokt. Zou ik dan echt de belangen van mijn mensen in het oog houden en hen 'liefhebben als mijzelf'? Ik weet het niet, ik weet niet wat rijkdom en zo'n positie met mij zou doen...

Ik ken een Koning, die écht voor Zijn onderdanen door het vuur ging. Hij was rijk met een hemelse rijkdom, maar deed daar bewust afstand van en werd een arme timmerman. Hij hield geen dure maaltijden voor zichzelf met Zijn twaalf beste vrienden, maar hij deelde brood en vis aan een menigte van doodgewone mensen, zoals jij en ik. Hij knielde aan de voeten van Zijn onderdanen neer om ze te wassen, omdat zíj er zich te goed voor voelden. Hij gaf uiteindelijk Zijn leven - en Hij was een sterke, zeer begaafde jongeman van 33 jaar! - voor hen, Hij offerde Zich letterlijk op, Hij haalde Zich voor hen de meest gruwelijke marteldood op de hals die ze in die tijd hadden: geseling en kruisiging. Dát is pas een Koning die alles voor je over heeft! Zou je Hem niet willen dienen? 

Reacties

Populaire posts van deze blog

2. Wie is de schrijver van Prediker?

55. Prediker 12: 2-8 ... voordat de kwade dagen komen (deel 2)

35. Prediker 7: 15 - 18 Wees niet al te rechtvaardig en wees niet al te goddeloos