Posts

Posts uit december, 2019 tonen

22. Prediker 4: 17 t/m Prediker 5: 6 - Deel A: H 4: 17 Beter luisteren dan zomaar een offer brengen

Afbeelding
De helikopter staat weer aan de grond, we begeven ons weer met Prediker in de realiteit van het aardse bestaan. Maar toch is er vanaf hoofdstuk 5 (preciezer gezegd: vanaf hoofdstuk 4: 17) een verschil met de eerste vier hoofdstukken. Tot nu toe heeft Prediker vooral om zich heen gekeken in deze wereld en heel diep over zijn waarnemingen nagedacht. Maar vanaf nu richt hij zich ook op het geven van goede raad; hoe moet je leven? Opvallend: Prediker begint daarbij met je verhouding tegenover God. Samengevat zegt hij ongeveer dit: Wees eerlijk en vol ontzag bij de dienst aan God: H. 4: 17 Let op uw voeten als u naar het huis van God gaat. Het is beter dat men naderbij komt om te luisteren dan om als dwazen een offer te geven, want die weten niet dat zij kwaad doen. H. 5: 1 Wees niet te snel met uw mond, en laat uw hart zich niet haasten een woord te uiten voor het aangezicht van God. Want God is in de hemel en u bent op de aarde. Laat daarom uw woorden weinig...

21. Helikopterview: waar zitten we ergens in Prediker?

Afbeelding
Helikopterview - Pixabay Het is misschien goed om op dit punt, aan het eind van hoofdstuk 4, even terug te kijken naar het bouwplan van het Bijbelboek Prediker te kijken. Dan zien we het volgende: we zitten in hoofdstuk 4 midden in Predikers beschrijving van de werkelijkheid van het leven. Prediker, de wijze, heeft alles geprobeerd om geluk te vinden in vreugde en rijkdom (Prediker 2), hij heeft diep nagedacht over het zwoegen van de mensen onder de zon (Prediker 2 en 3) en hij heeft geconstateerd dat het werk van God eeuwigheidswaarde heeft, in tegenstelling tot al dat gepruts van ons (Prediker 3). En hier in hoofdstuk 4 gaat zijn beschrijving van de werkelijkheid, verkregen door observatie en diep nadenken, 'gewoon' door: de onderdrukking die er is in de wereld (4: 1 - 3), het zwoegen van ons mensen onder de zon (4: 4 - 6), de kracht van het samenwerken (4: 7 - 12) en tenslotte de constatering hoe snel wijze en goede mensen vergeten worden door degene die n...

20. Prediker 4: 13 - 16 Zelfs de goede, wijze koning zal worden vergeten.

Afbeelding
Een verhaal over twee koningen. Pixabay Hier volgt ook weer zo'n specifiek verhaal, waarvan je denkt: 'dat heeft Prediker niet zelf bedacht, maar dat heeft hij echt zien gebeuren'. Hieronder komt eerst de Bijbeltekst, zoals gebruikelijk in de HSV. Ik heb even overwogen om hier de NBV te gebruiken in plaats van de HSV. De NBV-vertalers zijn er namelijk beter in geslaagd om van het moeilijke Hebreeuws een begrijpelijk, goed lopend  verhaal te maken, maar tegelijkertijd verzinnen ze er ook weer iets bij, wat er niet staat: in vers 15 zeggen ze namelijk van de jonge koning, dat die 'in opstand kwam tegen de oude koning'. Als ik in de Studiebijbel naar de Nederlandse vertalingsmogelijkheden van het Hebreeuws kijk, dan staat dat er niet. Dus toch maar de HSV: 13 Beter een arme maar wijze jongeman, dan een oude maar dwaze koning die van geen waarschuwing meer wil weten. 14 Ja, iemand komt uit de gevangenis om koning te worden, terwijl iemand die in zijn konink...

19. Prediker 4: 7-12 Twee zijn beter dan één

Afbeelding
In de verzen 4 tot en met 6 ging het ook al over té hard zwoegen. Hier ook, maar Prediker voegt een nieuw element toe: doe je alles in je eentje of werk je samen? 7 Opnieuw zag ik iets vluchtigs onder de zon. 8 Er is één, en geen tweede. Hij heeft ook geen kind of broer en toch komt er geen einde aan al zijn zwoegen. Ook wordt zijn oog niet verzadigd van rijkdom. Nooit is het: Voor wie tob ik mij af en laat ik mijzelf het goede ontbreken? Ook dat is vluchtig en een treurige bezigheid. 9 Twee zijn beter dan één, want samen krijgen zij een goede beloning voor hun zwoegen. 10 Want als zij vallen, helpt de één zijn metgezel overeind. Maar wee die ene die valt, terwijl er geen tweede is om hem overeind te helpen.  11 Ook als er twee bij elkaar liggen, hebben zij warmte, maar hoe moet één alleen warm worden? 12 En als iemand de één overweldigt, zullen die twee tegen hem standhouden. Een drievoudig snoer wordt niet snel gebroken. Vs 7 maakt duidelijk dat Prediker zich ...

18. Prediker 4: 4-6 Een hand vol rust is beter dan beide vuisten vol zwoegen

Afbeelding
De verzen 4 tot en met 6 gaan weer over het zwoegen van de mens. Prediker is hier, om zo te zeggen, weer meer in balans dan in de vorige verzen, waar hij alleen maar doffe ellende voor zich zag. Hij richt zijn blik nu weer op een ander onderdeel van het menselijk bestaan: 4 Verder zag ik van al het zwoegen en alle bekwaamheid bij het werk, dat het iemand afgunst oplevert van zijn naaste. Ook dat is vluchtig en najagen van wind. 5 De dwaas vouwt zijn handen samen en eet zijn eigen vlees. 6 Een hand vol rust is beter dan beide vuisten vol zwoegen en najagen van wind. Vs 4 wordt op twee manieren vertaald: Zwoegen en vakbekwaamheid leveren afgunst op van een ander. (HSV, SV) Zwoegen en vakbekwaamheid komen voort uit afgunst op een ander. (NBV, KV) De Luthervertaling van 1984 laat het mooi in het midden: Ich sah alles Mühen an und alles geschickte Tun: da ist nur Eifersucht des einen auf den anderen. Ik zou echt niet weten welke vertaling nu de beste is. In beide geval...

17. Prediker 4: 1-3 Ik zag al de onderdrukking die er onder de zon plaatsvindt

Afbeelding
De verzen 1 tot en met 3 van hoofdstuk 4 zijn heftig. Ik heb er tegenaan zitten kijken en gedacht: hoe kan ik daar nog iets positiefs uit halen? 1 Opnieuw zag ik al de onderdrukking die er onder de zon plaatsvindt. En zie, de tranen van de onderdrukten; zij echter hadden geen trooster. Aan de kant van hun onderdrukkers was macht, zij daarentegen hadden geen trooster. 2 Daarom prees ik de doden, die al gestorven waren, boven de levenden, [omdat] die nog steeds in leven zijn. 3  Beter af dan die beiden is wie er nog nooit is geweest, die niet gezien heeft het kwaaddoen dat er onder de zon plaatsvindt. In het vorige hoofdstuk ( Prediker 2: 16 ) sprak Prediker ook al over onrecht. Nu komt hij daarop terug, door te zeggen ' opnieuw zag ik ' maar het wordt nu nog erger: er is nu echt sprake van onderdrukking ,  dat is voor mijn gevoel een nog sterkere uitdrukking dan 'onrecht'. En in het vorige hoofdstuk zag Prediker nog lichtpuntjes; God zou vroeg of laat toch...

16. Prediker 3: 18 - 22 Allen zijn uit het stof, en allen keren terug tot het stof

Afbeelding
We hebben de vorige keer gezien dat God de rechtvaardige en de goddeloze zal oordelen. God zal een eerlijk oordeel vellen. Het oordeel brengt de gedachte aan het sterven van ieder mens dichtbij. Het is dus ook niet verwonderlijk dat Prediker het daar nu over gaat hebben: 18 Wat de mensenkinderen betreft, zei ik in mijn hart dat God hen zal toetsen, en dat zij zullen inzien dat zij voor zichzelf als de dieren zijn. 19 Want wat de mensenkinderen overkomt, overkomt ook de dieren. Hun overkomt een en hetzelfde. Zoals de een sterft, zo sterft de ander, en zij hebben alle een en dezelfde adem. De mensen hebben niets voor op de dieren, want alles is vluchtig. 20 Zij gaan allen naar één plaats: zij zijn allen uit het stof en zij keren allen terug tot het stof. 21 Wie merkt op dat de adem van de mensenkinderen naar boven stijgt en de adem van de dieren naar beneden daalt naar de aarde? 22 Zo heb ik ingezien dat er niets beter is dan dat de mens zich verblijdt in z...

15. Prediker 3: 15 - 17 De rechtvaardige en de goddeloze zal God oordelen

Afbeelding
Met de formulering ' Verder heb ik ook gezien ' begint Prediker aan een nieuw thema: het onrecht in de wereld. Het staat niet helemaal los van het voorgaande, waarin het om relaties tussen mensen onderling draaide; een tijd om te doden en een tijd om te genezen, een tijd om lief te hebben en een tijd om te haten enz. Als je over menselijke relaties nadenkt, dan ligt het thema onrecht dichtbij: 16 Verder heb ik ook gezien onder de zon: op de plaats van het recht, daar was goddeloosheid, en op de plaats van de gerechtigheid, daar was onrecht. 17 Ik zei in mijn hart: De rechtvaardige en de goddeloze zal God oordelen, want er is een tijd voor elk voornemen en voor elk werk. Pixabay Vs 16 Prediker zet het meteen zwaar neer: er komt niet alleen maar onrecht voor in de wereld, nee het onrecht bevindt zich daar, waar je dat het minst zou verwachten: op de plaats van het recht ! Dat betekent zoveel als; in de rechtspraak, op de plek waar een eerlijk oor...

14. Prediker 3: 9 - 15 Ik weet dat alles wat God doet, voor eeuwig blijft

Afbeelding
Het gedicht van de voorgaande acht verzen ging over de eindeloze cirkelgang in het leven van ons, mensen, en de grote tegenstellingen daarin. Soms lachen we, soms huilen we, er is een tijd om te omhelzen en soms zijn we daar ver van vandaan, soms bouwen we op, dan weer breken we af, er is een tijd om lief te hebben en een tijd om te haten. We maken relaties kapot en we proberen relaties weer te herstellen. Je hóórt Prediker bijna hardop denken: 'waar zijn we toch mee bezig?' als hij vervolgt: 9 Welk voordeel heeft hij die werkt, van datgene waarvoor hij zwoegt? 10 Ik heb gezien welke bezigheid God de mensenkinderen gegeven heeft om zich daarmee te vermoeien. 11 Hij heeft alles op zijn tijd mooi gemaakt. Ook heeft Hij de eeuw in hun hart gelegd, zonder dat de mens het werk dat God gedaan heeft, van het begin tot het eind kan doorgronden. 12 Ik heb gemerkt dat er voor hen niets beter is dan zich te verblijden en het goede te doen in hun leven, 13 ja ook, dat ieder me...

13. Prediker 3: 1 - 8 Er is een tijd voor elk voornemen onder de hemel

Afbeelding
Prediker 3: 1 - 8 is weer een gedicht, een gedicht dat qua thematiek doet denken aan Prediker 1: 2 - 11. Ook daar ging het over de loop der gebeurtenissen op deze aarde. Daar lag de nadruk op de altijd doorgaande kringloop in de natuur en in mensenlevens en op het feit dat er niets nieuws is onder de zon. Hier in Prediker 3 zien we die altijd durende cirkelbeweging ook wel (bijvoorbeeld in 'geboren worden en sterven') maar de nadruk ligt hier meer op het bezig zijn van de mens. En dan ziet Prediker dat ons leven uit voortdurende tegenstellingen bestaat: 1 Voor alles is er een vastgestelde tijd, en een tijd voor elk voornemen onder de hemel. 2 Er is een tijd om geboren te worden en een tijd om te sterven; een tijd om te planten en een tijd om het geplante uit te trekken; 3 een tijd om te doden en een tijd om te genezen, een tijd om af te breken en een tijd om op te bouwen; 4 een tijd om te huilen en een tijd om te lachen, een tijd om rouw te bedrijven en een ti...